In veel voorlees- of vertelboekjes komen er clowns voor. Met hun gekke ogen, brede mond en krulhaar zijn clowns aantrekkelijke figuren.
Vanuit observatie merken we dat kinderen het fijn vinden om draden, veters, wol door gaatjes te steken.
Ik lees een boekje voor waarin clowns voorkomen ter inleiding.
Daarna bied ik tekensjablonen van clowns aan. Op de tafel staan ook perforators, liggen er veters, wol, dun touw, draad van verschillende kleuren... Hey, wil jouw clown ook krullen? De kinderen mogen gaatjes maken met de perforator in hun sjabloon. Wil jij krulletjes maken in het haar? Of maak je graag oorringen? Of wil je een clown die spaghetti eet? Stimuleer de creativiteit van de kinderen. Ze mogen zelf kiezen waar ze gaatjes willen maken in het sjabloon. Uiteraard begeleid je hen best bij het maken van de gaatjes. Daarna kunnen de kinderen proberen om de wol of het touw of de veter door de gaatjes te trekken. Doe maar, Leila. Maak maar krullen. Goed hoor! Je clown zal blij zijn.
Uiteraard kan je dit niet enkel doen met een clownsjabloon. Je kan dit ook doen met een karton met allerlei gaatjes of een plank met verschillende gaatjes of met een schoen of met... kortom met heel veel materiaal.
Tekenen, boetseren, knutselen en schilderen
• Kleine motoriek
De kinderen gingen geconcentreerd aan de slag. De meeste kindjes vulden de gaatjes in het haar of in de mond of aan de oren maar andere trokken er telkens eentje uit om het er dan terug in te steken. Ook goed, toch?
